1911 tot 1920

  • 1911

    In Terninck opende men het meisjesweeshuis.

    Op 26 mei overleed pastoor Franciscus Stanislas Vervoort.

    Op 2 juli besloot de Kerkraad de versiering van de kerk voor de intrede van de nieuwe pastoor toe te vertrouwen aan de dhr. Bukkens uit Mechelen. Leonard Peeters volgde de dhr. Poppe op als Suisse. De Raad vroeg aan het Gemeentebestuur om de grond waarop pastoor Vervoort begraven lag eeuwigdurend te maken.

    Op 9 juli werd de tweede pastoor Z.E.Hr. Franciscus Coveliers ingehaald. Hij was geboren in Kapellen op 11 december 1864, toen dus 47 jaar. Hij was priester sinds juni 1889, achtereenvolgens onderpastoor in St. Maartens Lennik, Bornem en Boom. Hij was blijkbaar een man van uitersten. Om hem te typeren vertelden mensen die hem hadden gekend dat hij geweldig kwaad kon worden. Daar stond tegenover bv. dat hij met Pasen toen een reusachtige file voor zijn biechtstoel stond, hij zijn biechtstoel verliet, zich naar de wachtende mensen keerde en zei: ”Alleen die een doodzonde te biechten hebben mogen blijven!” Niemand bleef natuurlijk.

  • 1912

    Een nieuwe Werkersbond gesticht in een lokaal op de hoek van de Herentalsebaan en de Sterckshoflei met 50 leden, Er werd een installatie aangebracht in de kerk om het orgel elektrisch aan te blazen. Aannemer was dhr. Mark Preiswerk uit Brussel voor 747,50 Bef.

    In april besloot de Kerkraad de kostbare voorwerpen uit de kerk tegen diefstal te verzekeren. De nachtwaker moest dan niet meer betaald worden. Er werden drie biechtstoelen, een communiebank en een nieuw gestoelte geplaatst in de kerk.

    In juli werd er een schildering achter het hoofdaltaar aangebracht (gordijnen). De kosten werden gedragen door een weldoener. De Kerkraad besloot om verwarming in de kerk aan te brengen om de schildering in goede staat te houden. Er werd een verwarmingsinstallatie met rooster geplaatst door dhr. Lafeuillade uit Schaarbeek. De vrouwen van Sint-Rochus organiseerden zich hier acht jaar voor er sprake was van KAV-nationaal. Toen besloot zuster Deodatha van de zusterschool zich in te zetten voor de arbeidersvrouwen, die meestal een armzalig en hard bestaan leidden, en niet de minste rechten hadden. Zij ging op zoek naar medewerksters om de vrouwen meer zelfbewust te maken en hun leven meer inhoud te geven. Mevr. De Preter was de eerste voorzitster.

    In september werden de vlaggen ingehuldigd van het Sint-Rochuspatronaat: zang- en toneelkring, de Catechismus van volharding en de Zondagschool en van de Katholieke Jonge Wacht. De turnkring Pax werd opgericht met een afdeling trompetters.

    Oktober, een vierde zondagsmis werd noodzakelijk. De reden was dat meer en meer mensen uit de stad hier kwamen wonen. Zon- en feestdagen kwam er dan ook een mis om 11 uur. In onze parochie woonden toen 7500 parochianen. In Deurne woonden 14500 mensen. De Sint-Rochusparochie besloeg gans het grondgebied van Deurne-Zuid.

  • 1913

    De socialisten kregen vaste voet in de gemeente. Er werd waterleiding aangelegd in de gemeente. De Deurnese turners werden opgericht. Het Gemeentebestuur kocht het prachtige domein “Papegaaihof” op, de woning van oud Burgemeester Florent Pauwels om er een tehuis voor oude lieden op te richten (Den TOL). Kostprijs 100.000,- Bef. 

    In januari werden geschilderde ramen geplaatst achter het hoofdaltaar in de kerk om met de geschilderde muren één geheel te vormen. Het geld voor de ramen werd geschonken door een weldoener.

    Op 15 juni besloot de Kerkraad om de klokken heiligen beelden, processievaandels en andere benodigdheden aangekocht.

    Op 15 november werd de Hoveniersgilde opgericht. Het doel was de stoffelijke belangen van boeren en hoveniers te verdedigen en te verbeteren. De vereniging startte met een twintigtal leden.

    In december was de Kerkraad als volgt samengesteld: Jan Van Looveren als voorzitter, William Pauwels als schatbewaarder, Louis De Ridder als secretaris, Pastoor Coveliers, Hardouin de Chaffoy en Florent Verelst.

  • 1914 - 1915

    Gemeentebestuur kocht het Boekenbergpark aan. Het zou pas op 12 maart 1925 opengesteld worden voor het publiek.

    Op 4 augustus viel het Duitse leger België binnen. In oktober van dat jaar werden Deurnenaars opgevorderd om aan de versterking van de forten rondom Antwerpen te werken.

    Tussen 7 tot 9 oktober werd Antwerpen zwaar gebombardeerd plaats, er vielen gemiddeld 4 bommen per minuut of circa 8000 in het totaal waar Deurne mee in deelde. Op 9 oktober deed het Duitse leger zijn intrede in Antwerpen. Vele inwoners van Deurne vluchtten naar Nederland. Het hoofddoel van de Gemeenteoverheid tijdens de oorlog was de bevoorrading van de bevolking. De beschikbare voedingsmiddelen waren schaars en de inwoners hadden maar beperkte inkomsten.

    Eind 1914 waren er in Deurne ongeveer 15000 inwoners. 3000 arbeiders waren werkloos, samen met hun gezinnen waren daar 7000 mensen bij betrokken. Van vele gezinnen vertoefden de kostwinnaars aan het front, of waren weggevoerd naar Duitsland, deze gezinnen hadden dan ook bijstand van hun families nodig. De eigen landbouwers konden niet in de behoefte van de bevolking voorzien. Er kwam woningsnood: een aantal huizen werd beschadigd of verwoest en een aantal werd door de Duitsers ingenomen.

  • 1916 - 1917 -1918

    In november werd burgemeester Van den Bossche door de bezetter voor gans de oorlog naar Duitsland gedeporteerd (burgemeester tot 1919). De scholen gingen hun normale gang. Gedurende de oorlogsjaren 1914-1918 huurde het Gemeentebestuur het parochiehuis (de voormalige noodkerk) tegen 1 Bef. per jaar om er enkele klassen van de gemeentelijke Jongensschool uit de Sint-Rochusstraat in onder te brengen. Na de oorlog werd er nog onderricht in gegeven voor land- en tuinbouw. De eerste wereldoorlog verstoorde de ontwikkeling van de gemeente.

    Begin november 1918 verlieten de Duitse troepen ons land. Er waren in Deurne toen drie parochiekerken: Sint-Fredegandus, Sint-Rochus en Heilig Hart (Ruggeveld). Er werd een bibliotheek op onze parochie ingericht. Het was vooral het werk van onderpastoor E. Hr. Verelst. Ze werd toen ondergebracht in de villa de Chafois. 

  • 1919

    Op 31 maart werd de uitbreiding van het kerkhof goedgekeurd. Er werd 566 m².  grond aangekocht van dhr. Somers en 579 m².  van dhr. Embrechts aan 5 Bef. per m².. Er werd een nieuwe kerkhofmuur opgericht rond de nieuw aangekochte perselen door aannemer Spiessens voor 20924 Bef.

    Op 23 december werd het “Tehuis voor kleinen” opgericht in de Vosstraat. Het zou tot 1924 tot onze parochie behoren. Het was een tehuis voor op opvoeden en verzorgen van behoeftige weesjes en verlaten kinderen, sociale gevallen, school voor kinderverpleegsters en toevluchtsoord voor ongehuwde moeders. De begraafplaats van de zusters is op ons kerkhof, op de niet in het oog springende grafzerk staat gebeiteld: Rustplaats der Zusters der Kleinen.

  • 1920

    Deurne kende 15432 inwoners. Dat jaar werd ook Sint-Rochus voetbal opgericht.